In Vught werkt Anna in het Philips-Kommando. Ze maakt knijpkatten en 'organiseert' koperdraad en plexiglas van de nabij gelegen vliegtuigsloperij. Hiermee maakt ze lepels en sieraden.
Kamp Vught wordt op 5 september 1944 ontruimd en Anna moet met de laatste treintransporten naar Ravensbrück. Op 2 januari 1945 bezwijkt Anna aan tyfus. Haar echtgenoot en vier kinderen overleven de oorlog. De verhalen blijven.