Hendrik Alting trouwt in 1931 met Jehovah’s Getuige Jantje Buls. Ze krijgen twee zonen. In 1942 bekeert Hendrik zich en wordt tot Jehovah’s Getuige gedoopt in het kanaal bij Schoonoord. De Duitse bezetter verbiedt het werk van Jehovah’s Getuigen. Desondanks predikt Hendrik in de omgeving van Emmen en Schoonoord, zijn vrouw Jantje verspreidt bijbels. Tot de groep actieve Jehovah’s Getuigen in Emmen behoort ook de later in Kamp Vught overleden Jan Hummel.
Tip
Na een tip verschijnt de Emmense politie op het erf van de Altings. Zij vinden bij de huiszoeking bijbels, Wachttorens en studiemateriaal. Hendrik wordt van het land gehaald en overgebracht naar de gevangenis in Assen. Vervolgens wordt hij overgeplaatst naar Kamp Amersfoort, waar hij drie maanden verblijft.
Hendrik hoort bij de eerste lichting gevangenen uit Amersfoort die naar kamp Vught (Konzentrationslager Herzogenbusch) wordt getransporteerd. Deze groep moet het kamp in Vught onder barre omstandigheden afbouwen. Hendrik is door zijn verblijf in Amersfoort al zo verzwakt dat hij na een maand overlijdt.
Bron:
- Familie Alting