Israël Colthof wordt geboren op 13 augustus 1906 in Roermond. Nog vóórdat de Tweede Wereldoorlog uitbreekt trouwt hij met Marianne Frank, geboren 24 februari 1909 in Hilversum. Uit dit huwelijk worden twee kinderen geboren, eerst een dochter – Judith, daarna een zoon – Chajjiem. Israël is commies [ambtenaar].

Uit elkaar
Israël en Marianne wonen met hun kinderen in Oss. Naarmate de oorlog langer duurt nemen ook de anti-joodse maatregelen toe. Het gezin Colthof komt terecht in het Judendurchgangslager Vught. Daar wordt het gezin uit elkaar gehaald, op zondagmiddag mogen zij elkaar zien en spreken. Moeders met baby’s en kinderen tot vier jaar gaan naar aparte barakken. Het leven is daar zwaar, Marianne heeft de zorg voor twee nog kleine kinderen. Er is gebrek aan voedsel, en het weinige eten dat er is is voor kleine kinderen ongeschikt. Veel kinderen worden er ziek van. Bovendien hangen overal luiers en lakens te drogen. Gebrek aan frisse lucht is het gevolg.

Stemming
Het kamp is overvol. Dit legt een enorme druk op de gevangenen, velen voelen zich gejaagd. Dit heeft ruzies en vechtpartijen tot gevolg. Vanwege het wemelende ongedierte gaat de kampleiding over tot een grote ontluizing. Overal heerst verwarring.

Zorgen
Ondanks de goede zorgen van Marianne wordt de kleine Chajjiem ziek. Hij verzwakt meer en meer. Medische voorzieningen zijn niet tot nauwelijks voorhanden. Hij krijgt longontsteking. Op 27 april 1943, om 4 uur in de middag, bezwijkt Chajjiem. Niet bekend is of Israël het bericht van Chajjiems dood verneemt.

Transport
Op 8 juni 1943 gaat Israël via Westerbork op transport naar Sobibor. Het is tevens het grote kindertransport uit Vught. Op 11 juni wordt Israël omgebracht, 36 jaar. Marianne en de kleine Judith gaan weg met het transport van 20 juli 1943. Op 23 juli 1943 worden ook zij omgebracht in Sobibor, 34 en twee-en-een-half jaar oud.

Bronnen:

• Sterbebuch 1943
• Joods Monument
• David Koker. Dagboek geschreven in Vught. 3e vermeerderde druk. Amsterdam : Van Oorschot, 1999.
• Janneke de Moei. Joodse kinderen en het kamp Vught. Stichting Vriendenkring Nationaal Monument Vught, 1999.
• Jules Schelvis. Vernietigingskamp Sobibor. 2e druk. Amsterdam : Bataafsche Leeuw, 1994.