Wiel is bankwerker en lid van de LO in Bocholtz, hij maakt ook deel uit van het Auβenministerium. Dit is een groep verzetslieden die probeert zo veel mogelijk in Duitsland tewerkgestelden terug te halen naar Nederland. In Duitsland zit een medewerker die studenten naar contactpersonen verwijst om hen vervolgens terug te brengen naar Nederland. Ook pleegt hij gewapend verzet. Samen met zijn broer pleegt hij een overval op het gemeentehuis in Mechelen. De hele administratie wordt daarbij in brand gestoken.
Doorgeslagen
Het is de taak van Wiel om terugkerende tewerkgestelden op het station van Aken op te halen en over de grens te brengen. Een van de repatrianten is waarschijnlijk opgepakt en doorgeslagen. Daarop wordt onder andere Wiel gearresteerd, vermoedelijk in Aken. Daar wordt hij op het station door de Duitse autoriteiten gesignaleerd, vervolgens moet hij zich in Maastricht bij de SD melden om tekst en uitleg te geven. Wiel neemt tijdens de verhoren alle verantwoordelijkheid op zich maar geeft geen nieuwe informatie door aan de Duitsers. Twee van de medewerkers worden daarop vrijgelaten.
Kamp Vught
Wiel wordt gevangen gezet in het huis van bewaring in Maastricht. Hij schrijft op wc papier wat de Duitsers precies over de organisatie weten. Na zijn arrestatie en gevangenschap in Maastricht wordt Wiel overgebracht naar Kamp Vught, daar wordt hij op 5 september 1944 gefusilleerd.
Bronnen:
- Sterbebuch 1944
- Erelijst van gevallenen 1940-1945
- Onze gevallenen, blz. 134
- Het verborgen front, blz. 525/674/695