Pieter hoeft niet in dienst omdat zijn oudere broers al in het leger dienen, toch meldt hij zich als vrijwilliger. Na zijn diensttijd wordt hij in Apeldoorn opgeleid tot marechaussee en dient hij in Deventer, Enschede en als grenswachter in Dinxperlo en Winterswijk. Pieter wordt bevorderd tot wachtmeester. Tijdens de meidagen van 1940 zit Pieter in Den Haag en vecht hij tegen de Duitse parachutisten die in en rond Den Haag landen. Na het bombardement op Rotterdam helpt hij mee met puin ruimen en ontstaat bij hem het plan om naar Engeland te vertrekken. Met twee vrienden vertrekt Pieter vervolgens richting Vichy Frankrijk. Pieter gaat enige weken in Marseille aan de slag als havenarbeider alvorens de Spaanse grens over te steken. In Spanje wordt Pieter opgepakt waarna hij terug wordt gestuurd naar Frankrijk, en komt terecht in een kamp bij Toulouse.

Spion
Pieter gaat terug naar Nederland om eten voor zijn medegevangenen te halen en bij terugkeer in Toulouse ontsnapt hij door aan boord te gaan van een Engelse torpedobootjager naar Curaçao. Hij werkt daar zeven weken als sergeant bij de politie. Daarna komt Pieter via New York en Canada uiteindelijk in Engeland, waar hij zich meldt bij het Bureau Inlichtingen. Binnen deze geheime dienst wordt Pieter opgeleid tot spion.

Barbara
In de nacht van 19 op 20 mei 1943 wordt Pieter gedropt bij het dorpje Grave. In dit dorp start Pieter de zendgroep Barbara. Na enige tijd duikt Pieter onder in Den Haag en zendt hij vanuit zijn onderduikadres. Pieter besluit echter terug te keren naar Grave om de apparatuur die hij daar na zijn dropping verborgen heeft op te halen. In Grave wordt Pieter gearresteerd. Als de Duitsers hem in het dorpje Keent proberen te fouilleren probeert Pieter dit te verhinderen, er ontstaat een vechtpartij waarbij Pieter dodelijk getroffen wordt.
Het lichaam van Pieter wordt op bevel van de Duitsers overgebracht naar het concentratiekamp Vught om daar in het crematorium te worden verast.

Bronnen:

• Sterbebuch 1943
• Erelijst van gevallenen 1940-1945
• Hun naam leeft voort, blz. 87/88
• Oorlogsgravenstichting
• Archief Hetty Voûte
• De bezetter bespied - Frank Visser