Deze website maakt gebruik van geanonimiseerde cookies om jouw gebruikservaring te optimaliseren en voor de analyse van onze website. Deze cookies kun je niet uitzetten. Bij het tonen en afspelen van YouTube video's worden cookies van derden geplaatst. Deze cookies van derden kun je wel uitzetten. Klik op "Akkoord" als je akkoord gaat met dit gebruik van cookies, klik op "Aanpassen" voor meer informatie en om zelf te bepalen welke cookies deze website plaatst.
Jacques trouwt in 1928 in Nijmegen met Mathilda van Dreumel. Het echtpaar krijgt zes kinderen. Jacques wordt EDAH filiaalhouder in Roermond. Het gezin woont aan de Hamstraat nummer 21 in Roermond.
Verzetswerk
In de oorlog raakt Jacques (schuilnaam Jacob) betrokken bij het verzet. Vanwege het grote aantal onderduikers in Limburg zijn veel bonkaarten nodig. Er wordt een overval op het EDAH filiaal in scène gezet, waarbij veel bonnen worden buitgemaakt. Jacques verleent medewerking aan deze overval. Ook beschikt hij over een auto en brengt onder meer geallieerde piloten naar België. Hierin werkt hij samen met een neef van de familie – pater Sebald Linders – die over veel contacten in Nijmegen beschikt.
Haaren
Begin 1944 wordt het verzet in Roermond geïnfiltreerd door een overgelopen verzetsman. Als deze bij Jacques langs gaat laat hij niets los, zijn neef heeft hem al gewaarschuwd deze persoon niet te vertrouwen. Toch komt de overgelopen verzetsman na enige tijd in de buurt te zijn geweest genoeg aan de weet en licht de Sipo in Den Bosch in. Op 9 juni 1944 worden verschillende personen opgepakt, onder wie Jacques. Hij wordt overgebracht naar de Polizeigefängnis in Haaren. Van daar uit schrijft hij op 16 juli 1944 een brief naar huis. Behalve allerlei zakelijke aanwijzingen geeft hij aan nog goed gezond te zijn en te hopen op een spoedig weerzien.
Kamp Vught
Vervolgens komt Jacques in Kamp Vught terecht. De vrouw van Jacques zit een week gevangen in Maastricht, laat niets los en wordt vrijgelaten. Op 11 augustus 1944 wordt Jacques om negen uur in de avond nabij het Kamp Vught gefusilleerd. Zijn neef, Pater Sebald (Johannes) Linders, wordt eveneens op dit tijdstip om het leven gebracht op de fusilladeplaats.
Onzeker
Het gezin van Jacques verkeert lang in onzekerheid omtrent het lot van hun man en vader. Pas op 27 oktober 1945 krijgen zij zekerheid. Het Afwikkelingsbureau Concentratiekampen laat schriftelijk weten dat uit het officiële Sterbebuch des Standesamtes Vught 1944 is gebleken dat Jacobus Everardus Janssen op 11 augustus 1944 te Vught is gefusilleerd. Tevens wordt aangegeven “dat (nog) niet is na te gaan of aan deze gruwelijke daad een onderzoek en een vonnis zijn voorafgegaan”.
Op dinsdag 13 november 1945 wordt in de Munsterkerk in Roermond een plechtige uitvaartdienst gehouden.
Bronnen:
- Familie Janssen
- A.P.M. Cammaert. "Het verborgen front”: een geschiedenis van de georganiseerde illegaliteit in de provincie Limburg tijdens de Tweede Wereldoorlog. Leeuwarden: Eisma, 1994. Twee delen.
- Sterbebuch 1944