Begin september 1944 komen de geallieerde troepen zo dichtbij dat de gevangenen het kanongebulder kunnen horen. De Duitsers trekken sneller terug dan de geallieerden kunnen optrekken. Veel Duitsers proberen bij Nijmegen de rivier over te steken om zo in Duitsland te komen.

Ingraven
Op dat moment wordt het Duitse leger echter gereorganiseerd. De vluchtende soldaten worden tegengehouden en ingedeeld bij nieuwe onderdelen. De Duitsers beginnen zich dan in te graven langs de rivieren de Maas en de Rijn. Als de geallieerden deze rivieren over kunnen steken zou de strijd voor de Duitsers hopeloos zijn. De geallieerden kunnen dan zo Duitsland binnen trekken. Daarom proberen de Duitse troepen dit ten koste van alles te voorkomen.

Overval
Johan Keijzers is in deze tijd een actief lid van de KP-Limburg Noord onder leiding van Johnny van der Kamp. Allerlei verzetsgroepen proberen vanaf 5 september plannen te maken om te voorkomen dat de Duitsers alle gevangenen uit Vught proberen te liquideren of naar Duitsland te sturen. Zo worden er overvallen op het kamp bedacht. Alle spoorlijnen rond Den Bosch worden onklaar gemaakt en een KP probeert zelfs de vertrekkende treinen op het station in Vught te overvallen. Er wordt besloten al het spoor te saboteren, op één lijn na. Langs deze spoorlijn moet dan een overval plaatsvinden. De grote verzetsorganisaties roepen alle KP’s en LO’s op om manschappen langs deze spoorlijn bij elkaar te brengen zodat de transporten met gevangenen overvallen kunnen worden.

Gouden Leeuw
Ook de KP-Noord-Limburg hoort van deze plannen en de mannen vertrekken op de fiets naar Vught. In de middag van 7 september 1944 passeert de groep een benzinepomp en vraagt of ze ergens kunnen eten. Ze worden verwezen naar de Gouden Leeuw in Berlicum. Aangekomen in de Gouden Leeuw vraagt de groep de waard om eten. De waard op zijn beurt wil in bonkaarten betaald worden. Johnny van der Kamp laat daarop zijn revolver zien en de waard laat zijn vrouw het eten klaar maken. In de Gouden Leeuw is dan ook een medewerker van het plaatselijke distributiekantoor aanwezig. Deze is bang voor een overval op het distributiekantoor en waarschuwt de politie. De politie wordt gealarmeerd en een voorbijganger ziet de wachtmeester langzaam naar de Gouden Leeuw vertrekken. De agent is duidelijk onzeker over wat hem te doen staat. Hij stapt zelfs af bij de notaris, maar gaat dan toch weer verder. De gewaarschuwde politie komt met getrokken pistool de Gouden Leeuw binnen en arresteert de zes verzetslieden. Johnny en Bert weten te ontsnappen, er wordt nog wel op ze geschoten en ze worden ook zwaar getroffen. De andere vier worden eerst naar Den Bosch en later naar de SD in Vught gebracht. Vermoedelijk zijn de vier, onder wie Johan, op 8 september 1944 voor de poorten van Kamp Vught door twee agenten van de Sipo geëxecuteerd.

Niet duidelijk
Johnny arresteert na de bevrijding de agenten die hen hebben gearresteerd en Bert gaat in dienst bij de geallieerden en wordt beroepsmilitair. Waarom het zestal bij de Gouden Leeuw is gearresteerd is onduidelijk, de plaatselijke politie heeft duidelijk geen zin gehad in deze taak. Zijn de zes verraden, zijn de Duitsers al op de hoogte gesteld? Vragen die we misschien nooit meer kunnen beantwoorden.

Bronnen:

• Erelijst van gevallenen 1940-1945
• Heemkundekring Berlicum
• Rondom de Plaets “Het Gouden Leeuw Drama”.