Als Abraham van Kuil in 1942 wordt opgeroepen voor gedwongen tewerkstelling in Duitsland, vlucht hij vanuit Neuendorf en duikt onder bij de familie De Koning in Heeze. Het huis van de familie De Koning is een onderkomen voor een verzetsgroep waar ook vier zonen De Koning deel van uitmaken. De groep pleegt onder andere overvallen op verscheidene distributiekantoren.
Wat later duikt Abraham van Kuil onder op een boerderij in Asten, maar wordt waarschijnlijk door verraad toch opgepakt en voor verhoor ingesloten in Haaren. Van Kuil wordt overgebracht naar Kamp Vught en wordt daar op 9 augustus 1944 gefusilleerd.
Bron: