Klaas is pas 15 jaar oud als hij wordt geconfronteerd met de dood van zijn vader. Zijn vader is tijdens de eerste oorlogsjaren betrokken bij het illegaal slachten van vee en wordt daarom naar een concentratiekamp gebracht in Duitsland, waar hij overlijdt. Klaas zit dan nog op de middelbare school en hier komt zijn eerste daad van “verzet” aan het licht. Als een NSB-docent wordt uitgescholden en de leerlingen hun excuses moeten aanbieden weigert Klaas dit te doen. Hij zegt de docent niet te hebben uitgescholden en biedt dus ook zijn excuses niet aan. Dan begint hij te spijbelen. Dit is natuurlijk geen oplossing, maar die dient zich aan in de vorm van de Scholtensfabriek. Klaas kan daar een baantje krijgen en gaat naar de avond-handelsschool. Als Klaas 18 is wordt hij opgeroepen voor de arbeidsinzet. Klaas weigert echter voor de Duitsers te gaan werken en besluit onder te duiken. De directeur van de avond-handelsschool helpt hem vervolgens aan een onderduikadres.

Verzet
Tijdens deze periode raakt Klaas betrokken bij het verzet. Hij pleegt een overval op een distributiekantoor maar die mislukt. De overval ontaardt in een vuurgevecht waarbij Klaas gewond raakt. Klaas wordt dan door zijn kameraden in een naburig bos verborgen, maar de Duitsers zoeken naar hem en als Klaas het bos probeert te ontvluchten wordt hij alsnog opgepakt. Klaas wordt vervolgens naar Vught gebracht en daar op 22 augustus 1944 door de Duitsers gefusilleerd. Pas na de oorlog krijgt de familie Nieboer bericht van zijn dood.

Bronnen:

• Sterbebuch 1944
• Hoogezand en Sappermeer tijdens de Tweede Wereldoorlog 1940-45, blz. 91/93
• Erelijst van gevallenen 1940-1945
• Het Grote Gebod deel 1, blz. 461