Frans Nies is de oudste zoon van timmerman/aannemer Félix Nies en Anna Held. Hij krijgt nog één broer en twee zussen. Aanvankelijk lijkt hij in de voetsporen van zijn vader te treden als hij op de ambachtsschool wordt opgeleid tot timmerman, en vervolgens zijn aannemerspatroondiploma haalt. Na zijn studie start hij echter ‘De eerste Weerter begrafenisonderneming’. In 1939 trouwt Frans met Toos van Wegberg. Het is oorlog als hun kinderen worden geboren. Ondanks drukke werkzaamheden besteedt Frans veel tijd aan zijn gezin, hij is er trots op.

Talent
Frans blijkt te beschikken over organisatorisch talent en bestuurlijke kwaliteiten. Op jonge leeftijd is hij onder meer hoofdleider van ‘De Jonge Wacht’ en voorzitter van ‘De Jonge Middenstand’. Door deze talenten èn zijn contacten met kerkelijke en burgerlijke instanties komt hij, bijna als vanzelfsprekend, in het verzet van Weert terecht. Dit district omvat, naast de gemeente Weert, vele dorpen in de omgeving, er zijn veertig medewerkers actief. In de zomer van 1943 slaagt Frans (schuilnaam Peters) er in de clandestiene activiteiten op het distributiekantoor goed te organiseren. Begin november 1943 vindt de eerste vergadering van de LO-Weert plaats in het missiehuis van de Eerwaarde Paters van de Heilige Geest. Frans staat bekend als een sociaal bewogen en uitstekend leider; hij weet onder meer veel onderduikadressen te werven.

Kistje
Als een ondergedoken vijfjarig joods jongetje overlijdt aan een ziekte timmert Frans zelf een kistje en verzorgt de begrafenis. Toos is op de hoogte van de verzetsactiviteiten van haar man en staat daar volledig achter. Frans weet dat zij er met niemand over zal spreken.

Bruiloft
In de zomer van 1944 is er een Provinciale vergadering van de LO in het pensionaat St. Louis in Weert. Slechts vier van de twaalf aanwezigen kunnen ontkomen als de Duitsers een inval doen. Vanaf dat moment is ook Frans niet meer veilig en duikt onder. Op 10 augustus 1944 komt Frans al vroeg in de ochtend vanuit zijn onderduikadres naar huis om zich te kleden voor de bruiloft van zijn zwager, waar hij één van de getuigen zal zijn. Omdat de familie niet op de hoogte is van zijn verzetsactiviteiten kan hij moeilijk wegblijven. Als hij net thuis is aangekomen stormt de SD naar binnen. Frans probeert te vluchten via de tuin van de buren, maar tevergeefs. De hele buurt is omsingeld. Frans wordt opgepakt en afgevoerd naar de gevangenis in Maastricht. Van daar uit weet Frans een bericht te sturen dat hij niets heeft losgelaten. Begin september 1944 wordt Frans naar het Kamp Vught overgebracht, Toos is dan in verwachting van hun vierde kind.

Onzekerheid
Op 21 september 1944 wordt Weert bevrijd. Op 21 januari 1945 wordt dochter Fransje geboren, maar nog altijd verkeert de familie in onzekerheid over het lot van Frans. Veel tips worden nagetrokken. Wanneer treinen met gevangenen uit Duitse concentratiekampen in Venlo aankomen, staat Toos altijd hoopvol gestemd op het perron, steeds tevergeefs. Pas in 1946 komt het bericht dat Frans op 5 september 1944 in Kamp Vught is gefusilleerd.

Kracht
Toos heeft vier nog jonge kinderen als blijkt dat Frans niet meer terug zal komen. Dankzij haar kracht en met steun van ouders, schoonouders en verzetsvrienden van Frans groeien zij goed op. Toos is 52 jaar als zij aan de gevolgen van borstkanker overlijdt; veel te jong maar in de overtuiging dat haar levenstaak is afgerond en de kinderen hun weg hebben gevonden.

• Lees het artikel in de Limburger over Frans Nies
• Lees het persoonlijke verhaal van Annemie Beukers-Nies over haar vader

Bronnen:

• Familie Nies
• Erelijst van gevallenen 1940-1945
• Het Grote Gebod : Gedenkboek van het Verzet in LO en LKP; 2 delen. Kampen : Kok, 1989. 4e druk.
• A.P.M. Cammaert. Het verborgen front : een geschiedenis van de georganiseerde illegaliteit in de provincie Limburg tijdens de Tweede Wereldoorlog. Leeuwarden : Eisma, 1994. 2 delen.